In het middelpunt staan. Alle belangstelling krijgen. Zoveel mogelijk aandacht trekken. Een netwerk opbouwen met veel vrienden.
In oorlogstijd kunnen zaken ineens heel anders liggen. Soms is het niet meer handig om bekend te zijn. Sterker nog - soms kan het beter zijn om te verdwijnen en niet langer gezien te worden.
Onderduiken wordt dat wel genoemd. Onderduiken in een onzichtbare wereld. Een wereld waar je compleet afhankelijk wordt van anderen. Niet langer op de plekken zijn waar je verwacht wordt te zijn, niet langer naar school, naar winkels of de bioscoop. Niet meer zitten op een bankje in het park of een gebakje halen bij de bakker. Niet meer werken op de plek waar iedereen elkaar kent. Weg van familie, weg van buren, van vrienden en bekenden. Weg. Weg!
Tientallen mensen vonden op een of andere manier onderdak in Berkel, Bergschenhoek en Bleiswijk. Hier staan enkele voorbeelden.
De Joodse Rita vond als jong kind een onderduikplek bij de familie Grootenboer in Berkel en Rodenrijs. In 2017 zag zij voor het eerst na de oorlog enkele gezinsleden van de familie Grootenboer terug, In de Heraut verscheen daarover dit artikel.
HIer wordt beschreven dat Mietje Piller met haar gezin onderdook in Berkel en Rodenrijs. Ook een op een andere naam uitgegeven persoonsbewijs met foto van haar wordt getoond.
Hier vindt u een artikel waar genoemd wordt dat Hoofdonderwijzer Evert Hanselaar uit Jutphaas in Berkel en Rodenrijs was ondergedoken.
Piet Noordzij, geboren in Vlaardingen, noemt in een interview (2024) dat hij in Berkel als onderduiker geweest is.
De plaatselijke bevolkingsambtenaar van Berkel, dhr. S.C. Eldering (geb. te Emmen, 1917) , heeft een grote rol gespeeld bij het onderbrengen van allerlei onderduikers. Doordat hij goed op de hoogte was van de adressen waar het verzet actief was en ook waar Duitse militairen waren ingekwartierd, kon hij een goede inschatting maken van de bruikbaarheid van adressen. Om onderduikers van voedsel en andere benodigdheden te voorzien waren zij afhankelijk van geldige documenten of de hulp van het actieve verzet.
Valse documenten werden bijvoorbeeld gemaakt door de persoonskaarten van overleden personen uit de bevolkingsregistratie te lichten en er opnieuw persoonsbewijzen en distributiekaarten voor uit te geven. De enige manier om er achter te komen dat deze personen niet meer echt bestonden, was een dubbele controle uit te voeren door te vergelijken met het overlijdensregister in de betreffende plaats. Dit gebeurde in de praktijk echter vrijwel nooit!
De aanstaande vrouw van dhr. Eldering, Maria Mostert, was destijds werkzaam voor het distributiekantoor in Pijnacker. Het gebied Berkel en Rodenrijs maakte ook deel uit van de distributiekring Pijnacker. Wat zouden zij van elkaars activiteiten geweten hebben?
Het gemeentehuis in Berkel en Rodenrijs, gebouwd in 1928. Op de bovenetage was dhr. Eldering werkzaam.
Het gemeentehuis (inmiddels als bibliotheek in gebruik) werd afgebroken rond het jaar 2000 om plaats te maken voor een supermarkt met bibliotheek erboven.
Lees hier het verhaal van de familie Querido en hun helpers, de familie Koenekoop, op de site van het oranjecomite:
In de uitzending van Lansingerland TV vertelt mevrouw Miranda Querido over het onderduiken in Bleiswijk.
Deze persoonsbewijzen behoorden toe aan dhr. Querido.
Beide persoonsbewijzen zijn vals. Op het ene bewijs heeft hij de naam Geerlings gekregen en op het andere heet hij Reedijk.
(Eigendom van en met dank aan mevr. Querido)
Na het debacle met de gevangengenomen burgemeester in Berkel was de bezetter op de hoogte van enkele namen van verzetsmensen. In oktober 1944 werd daags na een wapendropping een razzia gehouden, waarbij getracht werd de betrokken mannen op te sporen en die gevangen te nemen. Wim van der Spek probeerde de aandacht af te leiden. Enkele even later aangehouden jongemannen konden zich niet legitimeren. Zij werden zonder enige vorm van proces doodgeschoten. In totaal vonden die dag vier jongemannen de dood.
Links Wim Kaptein, rechts Wim van der Spek
Siem Rozendaal schreef over de spanning die er heerste bij onderduikers, hun gastgezinnen en de mensen die een rol speelden in de organisatie voor hulp aan de onderduikers. Maar ook enkele opmerkelijke anekdotes komen voorbij.